
Wij hebben een schitterend speelplein voor de deur, zo eentje waar op een eerste zomerse dag zomaar rond de 30 kinderen spelen en jongeren in de avonduren op een bankje kunnen hangen. Ook hebben wij er een bordje staan “verboden voor honden”, logisch, want welke ouder zou willen dat kinderen onder de uitwerpselen van de hond terugkomen of, erger nog, gebeten worden. Dit is voor ons reden om, indien nodig, buurtbewoners aan te spreken als ze de hond gaan uitlaten op het plein. Zo ook vandaag…… “Mevrouw, weet u dat u hier niet met uw hond mag komen?” Venijnig: “Waar staat dat dan….”. Vriendelijk: “Dat staat op dat bordje, ik weet het, het hangt een beetje ongelukkig”. Berustend: “Het is maar een puppie, als hij poept ruim ik het op…” Vriendelijk: “U weet toch ook dat dit niet helemaal lukt tussen het gras, maar morgen zijn mijn kinderen daar aan het spelen, of zitten er kinderen te picknicken…”Venijnig: “Dat kan, maar ik blijf hem hier gewoon uitlaten!”. Daar sta je dan… Je wilt gewoon als buurtbewoner iemand aanspreken en ervoor zorgen dat kinderen onbezorgd kunnen spelen. Jammer dan dat dit niet door iedereen gelijk wordt begrepen…


Afgelopen week ben ik, namens Gemeentebelang, naar een klankbordgroep geweest. Al rondkijkend aan de koffietafel zaten er ongeveer 25 personen vanuit diverse maatschappelijke belangengroepen. Kijkend naar de politieke mensen zag ik met name “oud” zitten, gemeenteraadsleden die al voor langere tijd deel uitmaken van de politieke arena. Wat ben ik dan toch blij dat de leden van Gemeentebelang de kans krijgen om zich te ontwikkelen, “oud” maakt op dit soort momenten graag plaats voor “jong”, mooi om te zien…

